Posts

Posts uit maart, 2023 tonen
 Jazz in Oisterwijk De veertiende november is een mistige, nevelige zondag; de eerste mist van het seizoen overvalt ons en de bomen zijn plotseling kaal na weken van een Indian Summer, een onverwachte stralende nazomer die ons geschonken werd. De BoodSchappenPlusBus heeft ons op die dag meegenomen naar een klein, stemmig pleintje, het Dessinateurplein, dat zich onvermoed bevindt in de contreien van mijn woning en dat gelardeerd is met herfstbomen die met elkaar concurreren in pracht en die een andere sfeer oproepen, een andere wereld, een ander universum Later zoekt de bus haast tastend haar weg door de Kastelenbuurt om nog een andere mevrouw op te halen die zich voegt bij ons gezelschap van 55+-dames dat vervolgens koers zet naar Oisterwijk, naar Café-Restaurant "Klein-Speijck", waar de fuchsia-kleurige parasols op het terras mij herkenning bieden; hier was ik eens gelukkig, Zal het geluk zich vandaag laten vangen in de valstrik die ik ervoor uitzet; zal het zich mee laten v
 De kobaltblauwe Chinese vazen Ik wilde de kobaltblauwe vazen met de leuke, parmantige leeuwtjes op hun dekseltjes wegbrengen; ik wilde ze verkwanselen, maar het was niet zonder tranen dat ik probeerde dit besluit te nemen, omdat de vazen het blauw dragen van de ogen van mijn liefste, overleden oma, van wie ze een erfstuk vormen. Ik was aanvankelijk vastbesloten de gang naar het Veilinghuis te maken, maar kon bij nader inzien de herinneringen door het afscheid dat ik van de vazen zou moeten nemen, niet steeds verder laten wegvagen uit mijn geest en gemoed, al eiste het koude, onpersoonlijke geld zijn rechten op. Ik wilde in feite niet dat de vazen, als prostituees uit hun kleren, uit hun beschermende verpakking van bubbelfolie gehaald zouden worden, waarmee ik ze zorgvuldig omhuld zou hebben. Het zou mij teveel kosten ze af te leveren, over te leveren aan de handen van hen, die ze koelbloedig zouden taxeren en aan de handen van vreemden, die met onverschillige ogen, losgekoppeld van de
 Onzegbaar leed? De Veolia-bus had over De Heuvel gehobbeld en de halte op het Piusplein bijna bereikt, toen we in gesprek raakten. Ze zat al geruime tijd naast me en ik had vanuit mijn ooghoeken de leerachtige huid van haar wangen, haar grijze haar en haar bril geobserveerd. Ik heb weleens overwogen hoe het zou zijn om in uiterste nood en eenzaamheid mijn zielenroerselen aan een wildvreemde mee te delen; zomaar, ineens, onstuitbaar, bijvoorbeeld vanuit de hardnekkige maar gefundeerde gedachte en vanuit het op werkelijkheid gebaseerde en in tal van ideologieën verdedigde gevoel dat we allen broers en zusters zijn en dat geen enkele barrière onze diepgaande verwantschap en het vertrouwen tussen ons, mensen, in de weg hoeft te staan. De postmoderne maatschappij met de tot trend verheven vervreemding en afstand tussen haar leden loochent dit gevoel tot het uiterste, in alle toonaarden, maar mijn mede-passagiere verbrak plotseling deze conventie en het verdriet en de eenzaamheid braken uit
 Chirurgisch intermezzo Gisteren nog aanschouwde ik de paars begroeide heuvels en de bruine, beige en zwarte wilde paarden van de heide; vandaag wordt appel voor mij geblazen. Als ik van huis ga staat nog een volle, ronde, bleke maan aan de hemel en heeft mijn kleine, lichtgele kanarie nog het kopje in de veren. Ik passeer de kruising, loop langs de rotonde en langs de straten die ik zo vaak voorbijgelopen ben, maar nu met een andere bestemming. Een vroege, eenzame fietser, de koplamp fel oplichtend,  begroet mij. In het ziekenhuis wachten verpleegkundigen en chirurg op me; de poliepen moeten verwijderd worden die al zo lang de gangen en holtes van mijn neus blokkeren, die door de natuur zijn aangelegd. Een vriendelijke taxichauffeur, die van zijn hobby zijn beroep heeft gemaakt. legt met mij de weg af naar het ziekenhuis. De nevel staat hoog op de velden naast de snelweg. Het ziekenhuis is als het ware omgeven door een slotgracht, omzoomd door feestelijke struiken die in het late seiz
 Tromgeroffel, trombones en trompetten In de verte, door de grillig gevormde openingen heen die het struikgewas en het groene gebladerte van de bomen in zomertooi creëren, zie ik een kleurige stoet zich langzaam voortbewegen en ik hoor tromgeroffel en boven alles uit de weemoedige klanken van trompetten en trombones. Het is weer tijd voor de jaarlijkse Avondvierdaagse. De bontgekleurde, petieterige figuurtjes schuifelen voorwaarts op het ritme van de muziek terwijl het trommelen aanhoudt. Zo dromden mensen vroeger in het stadscentrum opeen als Sinterklaas weer was aangekomen in de stad en aan de hand van Vader, tussen de menigte, hoorde ik voor het eerst die muziek, zag ik voor het eerst die mannen in uniform die zo eensgezind en stram voortmarcheren en de trommel aanslaan of de blaasinstrumenten aan de lippen zetten. En voor het eerst moet dat onuitsprekelijke gevoel mijn ziel in beslag genomen hebben, die onuitsprekelijke melancholie en vreugde, dat onuitsprekelijke verdriet en die m
 Bericht uit een Zorgcentrum: De Meeuw Het was een beeldje van een trotse, fiere meeuw met keurig opgevouwen, strak, wit verenpak, zittend op de sokkel van een zwarte steen dat ik aantrof in een zaak voor huishoudelijke artikelen. Mijn blik viel erop; het stond daar onopvallend tussen geurkaarsen en andere parafernalia. Ik wilde het mijn beschermelinge graag cadeau doen voor haar achtentachtigste verjaardag in juli. Mevrouw had immers te kennen gegeven zo van dieren te houden en ze had op de vensterbank in haar bejaardenflat inderdaad de reeds aangeschafte beelden van een korhoen en van enkele zilverkleurige gestileerde pelikanen staan. Ook had ik haar eerder blij kunnen maken met een pluizig koalabeertje dat ze vastgeklemd had in de wijnrode gordijnen alsof het een klim zou gaan maken naar het plafond. De pijnen van mevrouw namen steeds toe; de röntgenfoto's hadden aangetoond dat enkele van haar ruggenwervels onherroepelijk en onherstelbaar waren aangetast en verzakt. Ik had niet
 Als door een roofdier aangevallen..... Hoewel het ongeluk en de hersenziekte die men de naam "Alzheimer" heeft toebedacht haar aanvliegen als een woest en woedend roofdier; hoewel deze oprukken als een leger te velde; hoewel haar voorheen uitstekende verstand het vermogen tot ordening heeft verloren dat eigen en essentieel is voor de menselijke soort, voor de homo sapiens sapiens, vraagt mevrouw nog naar mijn welzijn, als het ware met de menselijkheid die haar resteert. Hoe dit ook zij; een weldadige blijmoedigheid die echter ieder werkelijk fundament of rechtvaardiging mist, heeft mevrouw overvallen en zij zal volgens eigen zeggen weer gaan tekenen en schilderen en zij zal gaan verhuizen. Overigens houdt zij zoveel van "De Natuur" dat zij graag voortstrompelt door de snijdende kou in de bescheiden en armzalige bosschages rond het Zorgcentrum Ik ben vandaag bij mevrouw op bezoek geweest en we kwamen te praten over de geboden van Jezus Christus die niemand nog begri